Remonstrants predikante Christiane Berkvens – Stevelinck is ernstig ziek. De komende tijd zullen zij en haar zoon Jan Berkvens, internationaal educatie-specialist, regelmatig via blogs de wereld beschouwen.
Wat een geweldige tien dagen waren het, om even in Nederland te zijn. Gepland rond jouw twee afscheidsdiensten, de eerste in Rotterdam op de 15e, en de tweede een week later in Breda. En wat ben ik trots op je: Ridder in de Orde van Oranje Nassau! Uitgereikt tijdens je allerlaatste dienst. In dat prachtige kerkje van de lutheranen in Breda. We wisten al enige tijd dat de remonstranten bezig waren met het aanvragen van de onderscheiding, maar we mochten natuurlijk niets zeggen. En dat is nog gelukt ook. Van harte gefeliciteerd natuurlijk!
Die tien dagen zijn voorbij gevlogen, maar ze begonnen met ons etentje bij de Brasserie in Bilthoven. Ik op de OV fiets, en jij in je scootmobiel. Het bleek net wat verder weg dan we dachten, en vooral op de terugweg bleek dat het toch wel erg donker is, daar bij jou in de bossen. Ik voorop, zodat jij het achterlichtje kon volgen. Onverantwoord, maar het was wel erg geestig. De volgende dag naar kasteel Groeneveld en daar, op een bankje in het bos, hebben we het gesprek voortgezet dat we zes weken daarvoor waren begonnen: of ik nou wel of niet in je voetsporen moest treden en de predikantsopleiding moest beginnen.
Wat wil je nog in de resterende tijd?
Ik zie ons nog zitten, daar op het bankje uitkijkend over de heide, waar we allebei tamelijk emotioneel elkaar vroegen ‘wat wil je nog in de tijd die er is?’ Dat ging dus van tijd met je kleinkinderen doorbrengen, via een cruise naar Alaska, naar de opleiding aan de VU. Met tamelijk emotionele stemmetjes en tranen in ogen en zo. Gevoel voor dramatiek, daar op de hei! En dat gesprek zetten we vorige week voort daar op dat landgoed Groeneveld. Inmiddels zijn de voorbereidende gesprekken voor de opleiding begonnen en heb ik binnenkort het officiële toelatingsgesprek. Voortvarend ben ik met de literatuur aan de gang gegaan en ik vind het helemaal geweldig. Nu, op weg terug naar Kabul, zit mijn koffer vol met allemaal boeken die met die studie te maken hebben. Maar het belangrijkste zit in mijn hofd: dat waar wij het over hebben gehad.
Grote invloed
Dat geldt denk ik voor meer mensen, zeker de afgelopen dagen. Door de gesprekken die je met ze hebt gevoerd, door de jaren heen. Door de diensten die je hebt gehouden en de preken die je hebt uitgesproken. Door de boeken die je hebt geschreven. Dat werkzame leven werd deze week afgesloten, en daar wilde iedereen bij zijn. Het aantal mensen dat heeft uitgesproken dat de gesprekken met jou hen hebben gebracht tot wie zij nu zijn, relaties die er nog zijn vanwege jouw luisterend oor, de inspiratie om de juist keuzes te maken, of het leven te aanvaarden zoals het is, was enorm. Prachtig. Tegelijkertijd kon ik in het verleden mensen soms wel achter het behang plakken als ze je zagen als een soort godin en mij dan gingen vertellen hoe trots ik op je moest zijn en hoe ik met je om moest gaan. Trots ben ik altijd geweest, dat is het punt niet. Maar soms voelde het net of je je moeder-zijn dan dreigde te verliezen. Een moeder die net als elke andere moeder ook wel eens ‘nee’ tegen haar zonen zei en soms ook wel eens onredelijk kon zijn – in elk geval in ogen van een puberzoon. En die op zondag nooit eens iets leuks kon doen omdat ze altijd naar een kerk moest: ‘Aan U behoort o Heer der Heren, mijn moeder …’
Dat ze in Breda nou net dat door de remonstranten zo gekoesterde lied hadden gekozen om jouw afscheidslied op te schrijven, maakte het cirkeltje mooi rond. Na de mooie dienst met het jazz trio, Nina Simone, Leonard Cohen en jouw betoog, beschreef het lied je gewone menselijke kant. Zoals we samen Star Trek kijken na een diep gesprek. En nét dat ene glaasje wijn teveel alsnog drinken.
Ik ben heel benieuwd hoe jij terugkijkt op de ‘week van het afscheid’.
Veel liefs, ik houd van je.
Je zoon Jan
Het was een heel bijzondere week, deze week van het afscheid. Mijn dierbare gemeenten Rotterdam en Breda vaarwel zeggen, voor de allerlaatste keren een toga aandoen en een dienst leiden. Het was niet niets. In Rotterdam beklom ik vorige week voor de laatste keer de hoge preekstoel. Jaren geleden, bij mijn intrededienst, verzuchtte ik in de (open) microfoon oeps. Ik heb namelijk hoogtevrees.
Afgelopen zondag, in de Lutherse Kerk in Breda, stond ik klaar om met de afscheidsdienst te beginnen toen ik achter mij, in de hoek, de icoon van Maria ontwaarde, met daarvoor drie aangestoken kaarsen. Het icoon is daar geplaatst door Ekklesia Breda, een van de drie vrijzinnige geloofsgemeenschappen die nu bij de Grote Markt van Breda samen huizen. Ik kon de verleiding niet weerstaan om mij bij het icoon te voegen en zelf een kaars voor Maria aan te steken. Ik ervoer dat oecumenisch moment als zeer bijzonder.
Fase afgesloten, het is prima zo
Afscheid nemen is voor mij geen gemakkelijke bezigheid. Eerlijk gezegd heb ik er een hekel aan en loop liever stiekem weg van een treinplatform dan iemand nog in de trein uit te zwaaien. En toch besef ik dat het heel belangrijk is om levensfases op een goede manier af te sluiten. Dat geldt voor het besluit uit huis te gaan wonen, voor het afsluiten van een studie, het afbreken van een relatie, het verlaten van een werkkring of het afronden van een rouwperiode.
Ik dacht dat ik het dus heel moeilijk zou vinden, deze afscheidsweek. Maar… nee! Wonderlijk genoeg was dat niet het geval. Deze fase is nu voorbij, een nieuwe fase begint en het is prima zo. Deze reactie zagen we al bij jouw stiefvader Joris toen hij bij de Universiteit van Amsterdam met pensioen ging. Van de ene op de andere dag, interesseerde zijn vroegere vak economie hem totaal niet meer. En hij stortte zich met hart en ziel op zijn tweede passie: het preken in de Waalse Kerken, in het Frans, wat hij uiteindelijk met preekconsent van de Remonstranten tot aan zijn overlijden bleef doen. Hoe wonderlijk kan het leven zijn.
Verantwoordelijk
Ach, domineeskinderen! Ik ben geneigd om namens al mijn collega’s ons te excuseren voor de overlast. Socioloog Hijme Stoffels deed in 2002 een uitvoerig sociologisch onderzoek onder domineeskinderen. Jullie staan zelfs op Wikipedia! Hieruit bleek dat deze kinderen zich meer dan anderen verantwoordelijk voelden voor de samenleving en de maatschappij. Ook traden ze meer dan anderen graag op de voorgrond en wilden ze van zich laten horen. In de lijst van Nederlandse domineeskinderen staan namen bij waar je U tegen zegt: Domela Nieuwenhuis, Jan de Hartog, Jan Brokken, Freek de Jonge, Seth Gaaikema, Cisca Dresselhuys, Michael Zeeman…. Regelmatig hoor ik je zeggen dat je je lotgenoten al van verre en ook nog onmiddellijk herkent.
Of ik me nu moet excuseren of in jubel uitbarsten, weet ik eerlijk gezegd niet.
Veel liefs en ik houd van je,
Christiane