Lang heb ik me kunnen koesteren in het gegeven dat – waar ik ook kwam of meedeed – ik altijd de jongste was. Dat is best een fijn gevoel, vooral als je voorbij de veertig bent – en nog steeds de jongste. Vooral kerkenwerk is daar heel goed voor, maar zelfs daar is mijn eeuwige jeugd tanende. Hoewel… niet bij die sprankelende 93-jarige dame, die mij tussen de regels van haar verhaal door vraagt: ‘nog thee, meiske?’ Gelukkig is de gemeente waar ik voor werk jong van leeftijd en als dat niet het geval is: jong van hart.
Maar dan ‘de boze buitenwereld’: het begint met de vragen waar dat geniepige ‘nog’ in klinkt. Met het woordje ‘nog’ impliceert de vraagsteller bewust of onbewust, dat hij of zij je eigenlijk te oud acht voor iets. Neem nu deze vragenbatterij, die onlangs op mij werd afgevuurd: kampéér jij nog? En doe je dat nog in een tent? Nog in een lage tent zelfs! Nou, nou! En slaap je dan nog op de grond? Ja, kom nou zeg! Ik voelde me ‘genogd’!
Vervolgens de fysiotherapeut – die gaan we natuurlijk vaker tegenkomen – over mijn licht haperende knie: ‘mevrouw, op úw leeftijd moet u er wel rekening mee houden dat………’. Dit was echt de eerste keer dat dit zó tegen me gezegd werd. Het moment voelde haast als een soort ‘rite de passage’. Oioi, nou ben ik ook zo’n mevrouw…
En als finale inkopper van mijn ‘coming of age’ meldt zich ook het pensioenfonds met een oproep om maar vast eens op zo’n pensioenbezinningsbijeenkomst te gaan kijken. Gelukkig kan ik niet – moet al die avonden werken. Maar goed, het punt is gescoord.
Midden in deze leeftijdsfase-gerelateerde ‘troebelen’ viel mijn oog op het Dagboek van de Ziel, door Bertie Hendriks. Het behandelt de zeven levensfasen van de mens. Een aantrekkelijk geïllustreerd boek dat uitnodigt tot grazen, lezen en dieper over jezelf nadenken. Geboorte, het Kind, de Jongere, de Volwassene, de Oudere, de dood, de lege ruimte. Het thema van elke levensfase wordt beschreven en daarbij staan vragen: hoe ga je om met de geschenken die het leven in deze levensfase brengt. Het reikt inzichten uit belangrijke tradities aan, geeft de lezer goede vragen om zelf op te kauwen en biedt andere werkvormen aan. Fijn idee dat er in elk geval een lijn getrokken wordt in het project ‘leven’ dat zich altijd chaotisch en vermengd aandient. Je eigen antwoorden op de vragen kunnen een goed houvast zijn in wat je beleeft en helderheid geven over de dingen die je te doen staan.
Ik zal echt mijn grijze kop niet in het zand steken, weet ook wel dat ‘het komt zoals het gebeurt’ – met dank aan Winnie de Poeh. En ik weet dat ik zeer zeker niet de enige ben die hier tegenop loopt. En ja, ik zal ook netjes nadenken over mijn pensioen. Best fijn zoveel vrije tijd……. maar definitief een punt achter mijn werkend bestaan – nooit meer betaald werk en de zin die dat meebrengt……… dat lijkt me best een stap. Daar moet ik nog eens rustig over nadenken.