Opgebrand!

Opgebrand!

Beeld Marjorie Specht


Rachel Adriaanse duidt als psycholoog de toename van het aantal burn out – klachten, waarbij zij ook uit eigen ervaring put. Zij refereert aan het nieuwe boek van Désanne van Brederode ‘Hoe het vuur te redden’.

Het is alweer jaren geleden dat ik naar mijn werk ging, de computer aanzette en in tranen uitbarstte. Ik kon niet meer stoppen met huilen. Een bezorgde collega stuurde me naar huis, mijn leidinggevende meldde me ziek. Na een week leek het me wel een idee om het weer eens te proberen, maar ik kon de tekst op mijn beeldscherm niet meer lezen en begrijpen. Uiteindelijk duurde het drie maanden voordat ik weer in staat was mijn werk op te pakken. De klap kwam onverwacht, ik had deze situatie niet zien aankomen. Maar met terugwerkende kracht moest ik vaststellen dat ik in de aanloop ernaartoe een aantal alarmlichten volledig had gemist. Had ik toen een burn-out? Ik voelde me niet opgebrand of uitgeput, wel overspannen en overwerkt. Wie volledig burn-out raakt, is helaas langer dan drie maanden onderweg.

Ongeveer 1,2 miljoen mensen in Nederland hebben last van burn-outklachten. Dat betekent éen op de vijf werknemers, vrouwen tweemaal zo vaak als mannen.

Hoewel er heel veel over burn-out is geschreven, is er nog altijd weinig overeenstemming over de exacte definitie ervan. Wel wordt met burn-out altijd een toestand van uitputting bedoeld, ten gevolge van langdurige stress en overbelasting. Die stress kan werkgerelateerd zijn, maar dat hoeft niet. Mensen met een burn-out zijn niet meer in staat om hun dagelijkse taken uit te voeren en voelen zich leeg en incompetent. Hun gevoel van eigenwaarde is sterk verminderd. Er is een behoorlijke overlap tussen een depressie en een burn-out. Maar een depressie is een stemmingsstoornis, terwijl de burn-out eerder een energiestoornis is. In de taal wordt dat duidelijk, wanneer we zeggen dat onze batterij leeg is, of wanneer we opgebrand of uitgeblust zijn. De laatste jaren wordt er steeds meer bekend over de effecten van langdurige stress op onze hersenen. Met name door het stresshormoon cortisol ontstaan veranderingen in de vorm en de werking van onze hersenen. Vandaar dat mensen met een burn-out niet alleen uitgeput, maar ook verhoogd prikkelbaar zijn en last hebben van concentratie- en geheugenverlies.

Watjes

Het aantal mensen met een burn-out groeit. Schrikbarend veel jonge mensen hebben er last van. Hoe komt het dat zoveel mensen zich uitgeput en opgebrand voelen? Wat zegt dat over onze samenleving? Stress is van alle tijden, dus zijn we met z’n allen misschien watjes geworden?

Als het aan filosoof en schrijver Désanne van Brederode ligt wel. Afgelopen februari verscheen haar boek Hoe het vuur te redden. Hierin probeert Van Brederode te begrijpen waarom zo veel mensen zich opgebrand voelen. En zoekt ze naar manieren waarop de innerlijke vlam weer aangewakkerd kan worden. Het boek is geen psychologische verhandeling over burn-out. Het is een brede filosofische zoektocht naar wat ons aanwakkert en bezielt, in de vorm van een veertiental essays, die ook los van elkaar gelezen kunnen worden.

Terwijl onze wereld steeds verder opwarmt, met alle rampzalige gevolgen van dien, voltrekt zich volgens Van Brederode nog een andere ramp. Geleidelijk, in stilte, bijna onzichtbaar. De ijstijd van de ziel, noemt ze deze ramp. Van Brederode gebruikt het vuur als een metafoor voor zowel onze levenskracht als voor de gevoelstemperatuur van onze maatschappij. Maar kennen we het vuur nog wel? Het haardvuur op televisie, met de afstandsbediening om het aan te zetten, biedt veilige vlammen, urenlang, zonder rook en zonder roetdeeltjes. Daarmee is het precies het soort vuur dat we nog dulden: fel flakkerend maar koud en geurloos. De vlammen op het scherm zijn volgens Van Brederode typerend voor het vuur waarmee we vandaag de dag leven. Enerzijds dynamisch, flitsend en fel: in media en politiek gaan we van het ene naar het andere brandje. We branden van ambitie en staan voortdurend op aan. Niet eerder kregen we zoveel prikkels tegelijk te verwerken. De moderne mens verwerkt op één dag net zoveel prikkels als iemand in de oudheid gedurende zijn hele leven. Niet vreemd dus, dat zoveel mensen gestresst en opgebrand raken.

Veiligheid en maakbaarheid

Aan de andere kant zijn we geobsedeerd door veiligheid en maakbaarheid. We willen en durven ons nergens meer aan te branden. Kinderen moeten zo veilig en gelukkig mogelijk opgroeien, liefst zonder hobbels en tegenslagen, om later het beste uit zichzelf te kunnen halen. Geen strobreed mag hun in de weg gelegd worden. Veel kinderen missen daardoor frustratietolerantie en veerkracht, aldus Van Brederode. Ook op andere terreinen laat de obsessie met veiligheid en maakbaarheid zich gelden. Ja, in zekere zin zijn we watjes geworden, al gebruikt Van Brederode die term zelf niet. We laten ons niet meer verrassen door hoog oplaaiend vuur met sproeiende vonkenregens, maar zoeken ons heil bij wijze van spreken bij het gemuilkorfde vuur in de gietijzeren vuurkorf van de Blokker. Of bij het haardvuur op tv. Onze behoefte aan avontuur leven we uit in volledig geplande en goed verzekerde vakanties. Pijn, verlies en ongemakken proberen we zoveel mogelijk te vermijden, te verpakken en te voorkomen. Onze contacten verlopen steeds vaker via de sociale media, die ons likes en onmiddellijke behoeftenbevrediging beloven. Maar sinds de komst van de smartphone zijn eenzaamheid en depressie bij jongeren sterk toegenomen. En niet alleen bij jongeren. Dit is wat Van Brederode bedoelt met vlammen zonder warmte. Koudvuur in plaats van echt vuur.

Vertraging

Hoe het vuur te redden? Van Brederode pleit voor vertraging in plaats van versnelling. Onszelf niet voortdurend spiegelen aan de beelden en verwachtingen van anderen, in de vorm van likes, meningen of zelfhulpboeken. De psychologie met haar therapeutische clichés en dwingende normen krijgt er flink van langs. Daarentegen pleit ze voor een grotere gerichtheid op het eigen innerlijk, op het voelen. Voelen vereist allereerst moed. De moed namelijk om alles te ervaren zoals het zich voordoet, ook heftige en angstige gevoelens, onze pijn en onze demonen. Want juist dáar brandt ons vuur, daar schuilt onze innerlijke vlam. Voelen vereist ook geduld en uithoudingsvermogen, soms kan het vuur hoog oplaaien maar soms ook lijkt de vlam bijna uitgedoofd. Terwijl juist dan ons verlangen kan groeien om aangestoken te worden. Voelen vereist begrenzing van onze eindeloze bereikbaarheid en smartphone-verslaving. Ons innerlijke vuur moet verzorgd en gevoed worden, door een ontvankelijkheid voor de nuances en kleurschakeringen van onze ervaringen. Ook onze verbeelding, onze vreugde en onze kinderlijke nieuwsgierigheid wakkeren de vlam aan. Onze erotiek ook. Je zou dit een spirituele levenswijze kunnen noemen, hoewel Van Brederode – dochter van een uitgetreden priester en sterk aangetrokken tot het katholicisme – wars is van de dogma’s en stelligheden van veel kerken en geloofstradities. Maar toch: je wórdt je vlam waar je opgaat in je interesse, in je verwondering en in je spel met anderen. Dan worden we weer aangestoken, weer warm van binnen en van buiten. In deze ontvankelijkheid laat ook God zich soms vinden, die grote bron van licht, warmte en bezieling. Jezus neemt in dit betoog een bijzondere plaats in, als voorbeeld van een mens die alle pijn en lijden in zich opnam en wist te dragen. Of, zoals wij remonstranten het belijden: een van Geest vervulde mens, het gelaat van God dat ons aanziet en verontrust…Hij is ons heilig voorbeeld van wijsheid en van moed en brengt ons Gods eeuwige liefde nabij.

Terug naar de burn-out. Kan ik als psycholoog iets met dit betoog? Nee en ja, in die volgorde. Enerzijds is het boek me te weinig systematisch, te impressionistisch en daarmee soms te vaag. En anderzijds ja, omdat ook psychologen hun heil uiteindelijk niet vinden in zekerheden en protocollen, maar in een tastend en liefdevol zoeken naar manieren om het vuur weer aan te blazen. Ik vind het boek van Van Brederode daarbij een aanstekelijke ode aan het leven en de liefde.

Rachel Adriaanse

Zie ook

Proza van de CoZa
1 juni 2021

Proza van de CoZa

Pinksteren is het feest van de geest, dan gaat er een frisse wind waaien! Ik denk dat de legendarische voorjaarsschoonmaak daar veel mee te maken had: nieuwe tijden, nieuwe kansen. Het geeft altijd energie, zo rond Pinksteren, omdat het lente is, de dagen langer worden, en we hoopvol uitzien naar de zomer. Pinksteren is een geestig feest… Lees verder

Geroepen om woke te zijn
5 december 2024

Geroepen om woke te zijn

Dat kan echt niet meer. Het is zinnetje dat we regelmatig horen in het publieke debat. Een heel interessant zinnetje, vind ik, omdat het zoveel veronderstelt. Dat er een tijd.. Lees verder