Raymond Fokkens (1965) is een ‘family man’, drie lieve kindergezichten kijken mij aan in zijn huis in Voorhout. Tussen het naar school brengen en het ophalen van de jongste van drie uit de peuterschool, kan ik hem net even spreken. Hij is geen onbekende in de remonstrantse wereld. Elf jaar was hij vicevoorzitter en voorzitter in gemeente Den Haag. In juni is hij als lid tot de CoZa toegetreden.
‘Mijn vrouw Thérèse en ik komen allebei uit Den Haag. Ik volgde mavo, havo en een deel van het vwo. Daarna heb ik een jaar als toehoorder op de Theologische Faculteit in Leiden meegelopen. Dat was mijn droom, op mijn achtste wilde ik al dominee worden. Maar ik was te onbekend met het vakgebied en heb toen andere keuzes gemaakt. Sinds mijn vijftiende werkte ik al in het remonstrantse verzorgingshuis Dekkersduin. Die sector greep me. Na cursussen voor boekhouder en salarisadministrateur ben ik terecht gekomen bij de SDB-groep, een adviesbureau in de gezondheidszorg voor ouderen. Tweeëntwintig jaar heb ik daar gewerkt. Na het behalen van een MBA-diploma werkte ik de laatste jaren in dat bedrijf als productmanager en als consultant zorg en planning. Vorig jaar ben ik in een derde reorganisatieronde ontslagen. Sinds enkele maanden heb ik nu mijn eigen organisatieadviesbureau. Het is even wennen om mezelf nu ineens te moeten gaan verkopen, maar goed, ik ga het proberen. Begin september begin ik aan een opleiding tot bewindvoerder, veel zin in!’
‘Ik kom uit een hervormd gezin, ben gedoopt en heb belijdenis gedaan in de Sjalomkerk in Den Haag. Op een gegeven moment werd mijn moeder diaconaal werker in de remonstrantse gemeente. Mijn ouders zijn toen allebei remonstrant geworden en ik ging met hen mee. Ben nauw betrokken geweest bij het (do-re) jeugdwerk in de tijd van Johan Goud en Foeke Knoppers. Op mijn dertigste ben ik lid geworden. Mijn vrouw komt uit een Gereformeerde Bond – kerk, ze gaat met mij mee naar de Remonstranten, maar is geen lid of vriend. Wij zijn als gezin ook lid van de PKN-Sassenheim, dan hebben de kinderen een plek in de buurt. We verdelen zo onze zondagen een beetje. Van 2004 tot 2011 was ik dus vicevoorzitter en voorzitter van de Haagse gemeente. Ik heb altijd het gemeenschapsgevoel gestimuleerd, mensen – zonder uitzondering – moeten zich welkom voelen, ze moeten het gevoel hebben erbij te horen. Dat is voor mij het bijzondere van de Remonstranten. Het mag niet gebeuren dat je ‘kouder de kerk uit gaat dan dat je er binnen kwam’. Er staat dan ook altijd iemand aan de deur om mensen welkom te heten, al was het maar met oogcontact.’
‘Mijn geloof is gebleven omdat ik in het leven dingen ervaar die groter zijn dan het gewone. Wij mensen maken er een zootje van, maar de wereld is van zichzelf mooi: vriendschap, de diepgang van mijn relatie, strand, sterren, de tuin, de gelijkenis tussen mijn dochter en haar oma en tussen mijn zoon en zijn neef, de ontwikkeling die de kinderen meemaken. Er is bij mij altijd verwondering en een diepgaand vertrouwen dat het goed komt met onze wereld. Het ‘maar toch!’, daar zit de kern van mijn geloof. Daar wil ik zelf mijn steen aan bijdragen door praktische aandacht voor elkaar. Voor mijn gezin natuurlijk en voor de mensen in de kerk. Maar zeker ook voor bijvoorbeeld de Syrische vluchtelingen die onlangs in ons dorp zijn komen wonen. Die helpen we een beetje om hier te kunnen aarden. Op Facebook kun je iemand heel snel even feliciteren, maar dat voelt toch altijd als te weinig. Ik neem me voor om mensen op te gaan bellen als ze jarig zijn.’
Michel Peters
Katholieke fans van Maria kunnen hun hart ophalen: het hele jaar door zijn er talloze feesten te harer ere, veel te veel zelfs om in dit korte bestek allemaal te noemen. Graag licht ik de vier bekendste feesten toe… Lees verder
Die ochtend had ze gewerkt in haar atelier aan een nieuw doek. En nu was er een vriendin op bezoek. Opgewonden liet ze haar het nieuwe doek zien. Het was de beeltenis van een deur en voor die deur stond Maria. Haar vriendin keek er naar: ’Er zit wel een fout in je schilderij…’ ‘O ja, een fout…?’ De kunstenares keek naar het schilderij: ‘Een fout? wat dan?’.. Lees verder