23Van Jericho ging Elisa naar de stad Betel. Terwijl hij naar de stad omhoogliep, kwam er een groep jongens uit de stad achter hem aan. Ze lachten hem uit en riepen: ‘Klimmen maar, kale! Klimmen maar, kale!’
24Elisa draaide zich om, en toen hij de jongens zag, riep hij: ‘De Heer zal jullie straffen!’ Op dat moment kwamen er twee beren uit het bos. En die aten 42 van de jongens op.
2 Kon.2: 23-24 (Bijbel in Gewone Taal)
Binnen de vrijzinnigheid zijn er zo weinig jongeren in de kerk te vinden, dat we elk initiatief om de jeugd maar binnen te halen omarmen. Want de jeugd heeft de toekomst. Maar in de bijbelse verhalen wordt er soms wat kritischer gekeken. Niet alles is ok wat zij doen.
Rond Rotterdam zijn uitlopers te vinden van de Bible Belt. Dat levert mooie verhalen op. Zo zou een zwartekousenkerk in de regio een predikant uit een orthodoxe gemeente in Amerika hebben beroepen. De predikant kwam over, met een enorme Amerikaanse slee in de container. Bij de catechisanten gaf dit aanleiding tot enige grappen. Een van hen had op een goede dag een sticker op de auto geplakt: te breed voor de smalle weg. De collega vond het geen leuke grap. Een week later preekte hij over Elisa en de berinnen. Je moet niet spotten met de man Gods.
Vanzelfsprekend is dat voor de huidige tijd geen gemakkelijke boodschap. Het is een vrij harde straf voor een kwajongensstreek. Hoewel ook mijn haargrens wat terugtrekt en mijn conditie beter zou kunnen, geloof ik niet dat Elisa een sterk moment had, toen hij de jongens vervloekte. In het bijbelse verhaal past deze straf echter wel. De Heer is niet mild, als het hem te gek wordt. Waar wij een zeer liefdevol godsbeeld hanteren – alsof we God in onze broekzak hebben – kan de godheid in Oude en Nieuwe Testament gerust uit de slof schieten als Hij iets niet leuk vindt. Denk ook aan wat de zonen van Aäron overkwam, toen zij wat vernieuwende liturgie toepasten in de tent der samenkomst en de Heer hen neervelde (Lev. 10: 1-7). Dat je niet moet jokken over je kerkelijke bijdrage ervoeren Ananias en Saffira die ter plekke een hartstilstand kregen nadat ze te weinig in de collecte hadden gestopt (Hand. 5: 1-11).
Wie deze verhalen leest, ziet wat het gevaar is van veel menselijke vormen van geloof. Allemaal doen we alsof we zeker weten dat we God aan onze kant hebben. Dat geldt voor orthodoxe gelovigen die heel goed weten hoe God in elkaar zit. Maar ook voor vrijzinnige mensen die heel goed weten hoe God niet is. Het geldt natuurlijk ook voor wie precies weet hoe christenen maatschappelijk moeten handelen, wat God vindt van de kwesties in Gaza of Oekraïne. De bijbeltekst is wat mij betreft een waarschuwing om God niet te snel voor je karretje te spannen.
Tjaard Barnard
predikant te Rotterdam en Nieuwkoop
Wat doet een dominee de hele dag, zeker in deze coronatijden? Jan Berkvens, remonstrants predikant in Hoorn en Oude Wetering en predikant van jongerengemeente Arminius, doet verslag… Lees verder
Leon Bal (1977) is de eerste en enige geestelijk verzorger bij de brandweer en zelf ook brandweerman… Lees verder