
Een goed gesprek over Israël in de klas
Redactielid Geertrui Meinema-Linders werkt als leerkracht in het basisonderwijs. Zij schrijft in AdRem geregeld over haar ervaringen en over bijzondere gebeurtenissen op school en in de klas.
Ik schrijf deze onderwijscolumns al een tijdje en krijg regelmatig enthousiaste reacties, waarvoor grote dank. Ik hoop dat ik u niet diep teleurstel als ik vertel, wat de redactie altijd al wist, dat alle columns in feiten beginnen, maar in fictie of feit/fictie-vermenging eindigen. Vandaag is alles wat ik schrijf feitelijkheid. Ik werk op een algemeen bijzondere school op humanitaire grondslag. In de praktijk betekent dat dat wij een zeer gemêleerde populatie hebben, waar er (mits passend) ruimte is voor kinderen uit alle culturen, geloofsrichtingen en lagen van de bevolking.
Deze week leerden we het trema gebruiken. In het dictee kwam het woord Israël voor. Opeens voelde ik, dat dit lastig kon worden. Ik leidde het woord in: je hoeft dit woord niet leuk te vinden, maar moet wel weten hoe het gespeld wordt; luister goed en schrijf op: Is-ra-el. Ik zag een paar schouders inzakken. Die middag hoorde ik de klas al vanaf de gang in koor roepen: Palestina moet vrij. Het raakte me dat ze er met z’n allen zo mee bezig waren. We spraken af er een les aan te wijden. De dag erna checkte ik eerst of iemand in de wijde regio van Gaza en Israël familie had. Niemand. Ik vroeg naar wat ze al wisten. Op sommige wisbordjes stond alleen Gaza en oorlog. Andere wisbordjes stonden helemaal vol steekwoorden.

Respectvol luisteren
We spraken af dat het doel van de les tweeledig zou zijn: samen leren over de geschiedenis en respectvol luisteren en praten, ook over dingen die je niet bevallen. Ik liet ze google maps zien en benoemde dat dit de kaart anno nu is. Dat kaarten een weergave van een moment in de tijd zijn. In de stilte vroeg een leerling: waar is Palestina dan? De eerste zware stilte viel, terwijl ik hakkelend uitlegde dat er geen Palestina is.
Ik benadrukte dat dit conflict al zolang loopt, dat het voor mij niet mogelijk was om alles te weten. We gingen met reuzestappen door de geschiedenis vanaf het jaar nul: vernietiging van Jeruzalem, pogroms, complottheorieën, holocaust, zionisme, uitroeping van de Joodse staat, de zesdaagse oorlog, vluchtelingen, intifada tot en met 7 oktober 2023 – elke keer checkend of er kinderen waren die vragen hadden of andere dingen wisten. Links en rechts schoten telkens vingers omhoog en stopten we om vragen te beantwoorden. Waarom stuurt de EU of de Navo of Nederland geen leger om Israël tegen te houden? Waarom vallen de landen om Israël heen niet samen aan? Wat kunnen wij doen? Moeten we weer een sponsorloop organiseren om geld op te halen voor de Gazanen en hun huizen?
Eén keer schreef ik de naam van één kind op het bord. Dat was het afgesproken teken: let op dat je respectvol blijft in je gedrag. Een vriendje van de jongen wiens naam ik op het bord had geschreven, legde kalmerend een hand op zijn arm. De verkeersles werd geschrapt. De klas bleef geboeid en bleef maar vragen stellen. Juf, als degene die hiermee begonnen zijn, allang dood zijn, waarom houden ze dan niet gewoon op?
Gelukkig konden we weg blijven bij de Israëlische politiek. Ik was zo trots op mijn klas: tien jaar oud en dan vijftig minuten lang serieus met elkaar nadenken over oorlog en vrede, over één van de grootste drama’s in de geschiedenis.
Geertrui Meinema – Linders

Ze vielen op in de sollicitatiecommissie voor de nieuwe algemeen secretaris. De CoZa had behoefte aan nieuwe leden. Zo was een en een twee. Ard Verkerke (1966) en Mieke van Elk (die hier al eens in beeld is geweest) zijn op de AV van juni als CoZa-lid gekozen. .. Lees verder

Op 29 oktober zijn er weer verkiezingen in Nederland en bij mijn keuze zal ik zwaar meewegen wat de standpunten van partijen zijn over de Oekraïne, Gaza en het klimaat… Lees verder